Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], Toen antwoordde de koningin Esther, en zeide: Indien ik, o koning, genade in uw ogen gevonden heb, en indien het den koning goeddunkt, men geve mij [4]mijn leven, om mijner bede wil, en [5]mijn volk, om mijns verzoeks wil. 4. Hebreeuws, mijn ziel. 5. Te weten, de Joden, uit welken ik gesproten ben. Anders, en mijns volks; te weten, ziel, of leven.